Slimme stopcontacten

Nadat je het slimme stopcontact hebt geïnstalleerd en ingesteld, kan je het opvolgen en bedienen in het portaal of via de app.

Op het portaal kan je via de configuratiepagina (1) van de installatie, onder de sectie Slimme stopcontacten (2) bij Instellingen (3) het slimme stopcontact instellen.

In een lijst zie je dan alle slimme stopcontacten die aan de installatie gekoppeld zijn.

Naast het unieke ID van de Nuo zie je ook de naam en beschrijving. De naam en beschrijving zijn ingesteld bij het toevoegen van de plug aan de installatie. Via kan je de naam en de beschrijving nog aanpassen. Via Bewaren wordt deze aanpassing dan opgeslagen.

Je kan uit verschillende modi kiezen. Die bepalen hoe het slimme stopcontact bestuurd wordt. Lees hier meer over de verschillende modi.
Je kan de modi kiezen door het overeenkomstige icoon in de keuzeknop te selecteren.
Wanneer je de modus kiest met deze knop is deze onmiddellijk actief. Afhankelijk van de gekozen modus kan je nog een extra configuratieknop krijgen.

• Monitor modus
• Boiler modus
• Eco modus
• Smart modus

Onder gebruiksmodel kan je voor elk slimstopcontact kiezen of het verbruik van dit stopcontact wordt opgenomen in het verbruiksprofiel. Standaard staat die op Opnemen (1), dan wordt het verbruik van het slimme stopcontact en het apparaat opgenomen in het verbruiksprofiel, wanneer er te weinig opbrengst is, zal de batterij gebruikt worden om het verbruik van het stopcontact te compenseren.
Je kan ook kiezen om dit niet te doen: kies dan Uitsluiten (2). Dan wordt het vermogen dat via het slimme stopcontact gebruikt wordt, nooit van de thuisbatterij genomen.