meta data voor deze pagina
  •  

Verschillen

Dit geeft de verschillen weer tussen de geselecteerde revisie en de huidige revisie van de pagina.

Link naar deze vergelijking

Beide kanten vorige revisieVorige revisie
nl:installer:current:dtsu666 [2024/09/24 19:37] – [modbus config: Laadpaal-energie] ludwignl:installer:current:dtsu666 [2025/02/03 14:54] (huidige) – [modbus config: Laadpaal-energie] ludwig
Regel 34: Regel 34:
 ===== modbus config: Laadpaal-energie ===== ===== modbus config: Laadpaal-energie =====
 {{:nl:installer:current:modbus_config_chintdtsu666_charger.png?250&direct }} {{:nl:installer:current:modbus_config_chintdtsu666_charger.png?250&direct }}
-Wanneer je de CHINT energiemeter gebruikt om laadpaal-energie te meten, dan kies je in de modbus RTU configuratie bij **Type**: **Charger <color #ed1c24>(1)</color>** in de **Group** kies je **Virtual Charger <color #ed1c24>(2)</color>**. In de **Subgroup** duidt je dan de juiste merk aan, in dit geval **CHINT <color #ed1c24>(3)</color>** en vervolgens het juiste model **CHINT DTSU666 <color #ed1c24>(4)</color>**. In **Configure modbus station** stel je het juiste modbus adres in; meestal is dit **1 <color #ed1c24>(5)</color>**. \\ Vervolgens kan nog een virtueel MAC-adres ingesteld worden om de laadsessies te bewaren en in de laadpaal pagina weer te geven. Je schakelt **Use Virtual MAC <color #ed1c24>6</color>** in en je vult het **Virtual MAC <color #ed1c24>7</color>** met bijhorende **Virtual MAC POP code <color #ed1c24>8</color>** in.\\   Via **Apply <color #ed1c24>9</color>** worden de instellingen bewaard. Als de gegevens juist zijn ingevuld wordt dit bevestigd.\\ \\  //De Virtuele MAC-ID's die nodig zijn voor het bewaren van de laadsessies van de laadpaal kan je bekomen bij Elicity. Je kan een Virtuele MAC-ID maar één keer gebruiken. //\\  +Wanneer je de CHINT energiemeter gebruikt om laadpaal-energie te meten, dan kies je in de modbus RTU configuratie bij **Type**: **Charger <color #ed1c24>(1)</color>** in de **Group** kies je **Virtual Charger <color #ed1c24>(2)</color>**. In de **Subgroup** duidt je dan de juiste merk aan, in dit geval **CHINT <color #ed1c24>(3)</color>** en vervolgens het juiste model **CHINT DTSU666 <color #ed1c24>(4)</color>**. In **Configure modbus station** stel je het juiste modbus adres in; meestal is dit **1 <color #ed1c24>(5)</color>**. \\ Vervolgens kan nog een virtueel MAC-adres ingesteld worden om de laadsessies te bewaren en in de laadpaal pagina weer te geven. Je schakelt **Use Virtual MAC <color #ed1c24>6</color>** in en je vult het **Virtual MAC <color #ed1c24>7</color>** met bijhorende **Virtual MAC POP code <color #ed1c24>8</color>** in.\\   Via **Apply <color #ed1c24>9</color>** worden de instellingen bewaard. Als de gegevens juist zijn ingevuld wordt dit bevestigd.\\ \\  **Je hebt een virtual MAC-ID nodig wanneer je de laadsessies wil bewaren in de grafieken en wanneer je meer dan één laadpaal wil monitoren met aparte energiemeters. Je hebt dan voor elke energiemeter sowieso een virtual MAC-ID nodig.**\\ //De Virtuele MAC-ID's die nodig zijn voor het bewaren van de laadsessies van de laadpaal kan je bekomen bij Elicity. Je kan een Virtuele MAC-ID maar één keer gebruiken. //\\